|
||||||||
De lijst van artiesten, die we de voorbije Coronaweken via het Italiaanse Radici Records en de Utrechtse distributeur Xango Music leerden kennen, begint zoetjesaan indrukwekkend te worden en voor een eenvoudige recensent als ik, hebben ze alvast één ding gemeen: je vindt haast geen informatie over de artiesten op het wereldwijde web. Ook nu weer, kon ik deze plaat drie extra keren volledig beluisteren, terwijl ik op zoek was naar enige duiding. Niet dat ik dat vervelend vond, want deze debuutplaat van wat ooit als een coverband begon, is heel fijn om naar te luisteren. Het zestal rond songschrijver Fabio Tondini en accordeoniste Fabiana Monti heeft zijn thuisbasis in het piepkleine Casola Valsenio, bij Ravenna en bouwde de voorbije vijf jaar traag maar gestaag aan een stevige live-reputatie, die in niet-geringe mate te maken heeft met de aparte mix van muziekjes, die geserveerd wordt en die heel fel draait om de wat punky aanpak van nummers die, zowel qua thematiek als qua stijl onmiskenbaar in de folk ontstaan zijn. De percussie van Federico Qadalta en de baslijnen, die Nicolò Benericetti uitrolt zijn niet vreemd aan de typerende groepsklank, die van elke monotonie gered wordt door de geweldige gitaarpartijen van Samuele Chiozzini en de spaarzaam maar efficiënt opgediende trompetklanken van Marco Nati. Dat allemaal bijeen opgeteld, krijg je een heel herkenbare, zuidelijke sfeer, die je, als luisteraar, meteen naar een met kleurige lampjes opgetuigde piazza voert, waar vrolijk getaterd en gedanst wordt en waar het orkest van dienst simpelweg hard werkt om de mensen een fijne avond te bezorgen. Misschien zegt de groepsnaam je niets, maar ik denk dat die alvast niet toevallig gekozen is. “Il Quarto Stato” is namelijk ook de titel van een schilderij van Giuseppe Pellizza da Volpedo dat in postervorm menig kantoor siert, van mensen, die sociaal actief zijn. De “vierde staat” is de benaming die gebruikt werd voor de werkende klasse, die weliswaar mocht meewerken aan het creëren van welvaart, maar er vervolgens niet kon van genieten. U moet die titel maar eens Googelen en u herkent het beeld vast wel. Ik vermeld dit niet alleen vanwege de keuze van de groepsnaam, maar ook omdat nogal wat van de liedjesteksten erop gericht zijn de luisteraar een geweten te schoppen en hem erop te wijzen dat er niks mis is met een eenvoudig leven, ver van overconsumptie en midden de natuurpracht, die we met z’n allen aan het verknoeien zijn. Samen-leven, “goeiemorgen” zeggen, dat soort dingen…dààr draait het bij Quarto Stato om. Het sterke is dat de band nergens in prekerigheid vervalt, maar kennelijk vanuit een doorleefde overtuiging haar boodschap wil verkondigen. Vergelijkingen met iemand als Manu Chao of de Catalanen van Dusminguet liggen dan ook voor de hand en ik durf deze plaat blind aanbevelen aan iedereen die positief in het leven wil staan en die van eenvoud een troef wil maken. Om het met een tekstregel uit “Canzone” te zeggen: “Canta con me perché cantar fa bene al cuore”. Hou het u voor gezegd en ga deze fijne Italianen eens beluisteren! (Dani Heyvaert)
|
||||||||
|
||||||||